Handelingen

Strooipenning

Uit Wiki Munten en papiergeld

Versie door MyWikiAdminEnc (overleg | bijdragen) op 15 jan 2017 om 23:19 (1 versie geïmporteerd)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Strooimunt india Aurangzeb Alamgir 1669 70.jpg

strooipenning, strooimunt of zaaigeld, aanduiding voor de munten en/of penningen die al sinds de Oudheid bij feestelijke gelegenheden in het leven van een vorst (proclamatie, kroning, huwelijk e.d.) over de aanwezigen werden uitgestrooid. Het gebruik om munten te strooien bij feestelijkheden was universeel, bij de Romeinen bijvoorbeeld tijdens het nieuwjaarsfeest. In India werden in het Mogolrijk (Mogols) de zilveren strooimunten voorzien van de tekst NISAR (= verstrooien). Dit geld werd ook aan armen uitgedeeld en is daardoor vergelijkbaar met het Engelse maundy money.

Het strooien van geld kwam ook voor tijdens de proclamatie van een nieuwe emissie om het volk kennis te laten maken met dat nieuwe geld, getuige een verslag uit Goa (Portugees India) waar in 1510 de eerste emissie van het nieuw gestichte Portugese munthuis gevierd werd met een processie waarbij het nieuwe geld volgens plaatselijk gebruik over de toeschouwers werd uitgestrooid.

Sinds de 16e eeuw werden soms speciale penningen voor dit doel vervaardigd. Het oudst bekende voorbeeld zijn de strooipenningen bij de keizerskroning van Karel V te Bologna in 1530. De eerst gedocumenteerde aanmaak van "saaigelde" in de Nederlanden betreft de penningen die in 1582 geslagen zijn voor de inhuldiging van Frans van Anjou als hertog van Brabant te Brussel en graaf van Vlaanderen te Gent. In beide gevallen werd voor tweeduizend gulden aan gouden en zilveren penningen over het volk uitgestrooid. De laatste aanmaak vond in Nederland plaats in 1898 ter gelegenheid van de inhuldiging van koningin Wilhelmina.

Lit.:

Gilleman, Ch., Documents sur les jetons de l'inauguration de François d'Alençon a Gand en 1582, RBN (1933) 97-101;

Rasmusson, Auswurfsmünzen, eine Skizze, Congresso Internazionale di Numismatica 1961, Rome 1965, blz. 623-636.