Muntmeesters Luik
Uit Wiki Munten en papiergeld
14.1 Luik | ||
B = Bouillon | ||
D = Dinant (muntteken leeuw in 1640) | ||
H = Hasselt (B) | ||
L = Luik | ||
Mk = Maaseik (muntteken eikel) | ||
Mt = Maastricht | ||
T = Sint-Truiden | ||
V = Visé (Ned.: Wezet) | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Reinier van Bommershoven | 1372-1377 | T |
Wolffart van Colnenburg | 1450 | Mt |
Gilles Coussemaecker | 1450 | Mt |
Jasper Fleming | 1543 | Mt |
Michael Coex | ?-1546 | H |
Baltus van Bommershoven | 1546-1573 | H L |
Jasper Fleming | 1552-1557 | L |
Reinier van Budel | 1556-1566 | H |
Jan van Budel | 1557-1573 | L |
Gillis Witten | 1557-1581 | H L |
Jan van Budel | 1574-1579 | H L |
Peter Bossenhoven | 1574-1575 | H |
Peter Witten | 1574-1582 | H |
Mattheus van Nederhoven | 1582-1612 | H L Mk |
Adriaan Franssen | 1606-1610 | L |
Paul Manlich | 1611-1614 | B L |
Adriaan Franssen | 1612-1614 | L |
Pieter Verscheulen | 1612-1615 | Mk |
Herman Libert | 1614-1632 | L |
Jean Simon | 1614-1621 | L |
Thomas Creyen | 1614-1619 | B V |
Willem Verhouttaert | 1615 | Mk |
Margaretha Simon | 1621-1622 | L |
Jan van den Hagen | 1631-1634 | D |
Jean Goffin | 1632-1656 | L |
Adriaen Adriani | 1635-1637 | L |
Frans Schelbergh | 1640-1656 | B D H Mk V |
Benoit Adriani | 1641-1643 | B D H Mk V |
Frans Schelbergh | 1656-1672 | L |
Herman Christijn | 1671-1676 | H |
Wed. Frans Schelbergh | 1673-1678 | L |
Paul-Jean Schelbergh | 1673-1678 | L |
Pierre-Joseph Schelbergh | 1673-1678 | L |
Paul-Jean Schelbergh | 1678-1717 | L |
Pierre-Joseph Schelbergh | 1717-1721 | L |
Jean François Knaps | 1721-1724 | L |
Lambert Englebert | 1724-1744 | L |
Arnold Weelen | 1744-1745 | L |
Denis François Lamotte | 1744-1745 | L |
George Magnéry | 1749-1754 | L |
Jean Joseph Sprimont | 1763-1777 | L |
Melchior Dartois | 1784-1794 | L |
14.2 Bouillon, hertogdom | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Griffon de Belleville | 1681 | |
14.3 Gronsveld, graafschap | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Peter Bossenhoven | 1560-1564 | |
Herman Leibert | 1615-16?? | |
Johan Hauser | 1656-1658 | |
14.4 Horn, graafschap | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Jan van Luemel | 1567 | Weert |
Peter Bossenhoven | vóór 1568 | Weert |
14.5 Reckheim, graafschap | ||
Muntplaats: Rekem = R | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Peter Verschuben | 1618-1619 | R |
Kaspar Frantzen | 1619 | R |
Simon Heusel | 1626-1629 | R |
Gerard Step | 1629 | R |
Johan Janssen | 1638 | R |
Hubert Roeder | 1646-1647 | R |
Sigismund Makel | 1647- | R |
Friedrich Frederiksz. | 1656 | R |
Matheus Monetarius | ? | R |
14.6 Stavelot, abdij | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Herman Bax | 1567-1571 | |
Jacob van Nederhoven | 1584 | |
Gothard Mattheysen | 1585-1586 | |
Frans Schelbergh | 1648 | |
14.7 Thorn, abdij | ||
muntmeester | in functie | muntplaats |
Peter Bossenhoven | 1561-1565 | |
idem | 1569-1570? | |
Johan Heydenricx | 1570 | |
Hendrik van Gartzweiler | 1572 | |
Anthonis van Eembrugge | 1574-1578 | |
Jan van Stockbroeck | 1589 | |
Adriaan Franssen | 1608 | |
Mattheus van Nederhoven | 1608-1612 | |
Hendrik Wijntgens | 1613-1617 | |
Michiel van den Berg | 1622 | |
Simon Timpf | 1627 |
14.1 Luik, prins-bisdom
Munt te: Luik (L), Bouillon (B), Dinant, muntteken: leeuw in 1640 (D), Hasselt (H), Maastricht (Mt), Maaseik met muntteken eikel (Mk), Sint-Truiden (T) Visé (Ned.: Wezet) (V). Voor Hasselt, zie: Hasselt (B).
Jasper Fleming (1543 en 1552-1557) was daarvóór muntmeester van Gelre (Gelderland, landsheerlijke periode) van 1533-1543, was tegelijkertijd muntmeester van Nijmegen van 1538-1556 en Bergh van 1541-1542 en daarna te Luik (zie hieronder) en te Groningen van 1560-1562. Daarnaast was hij nog muntmeester van Gulik-Berg en van Kleef.
Gillis Witten (1557-1581) was burger van Maastricht.
Peter Bossenhoven (1574-1575): zie voor zijn andere activiteiten de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen.
Peter Witten (1574-1582): zie hierna bij Adriaan Franssen.
Mattheus van Nederhoven (1582-1612) was daarvóór werkzaam te Hedel. Hij was ook muntmeester van Thorn van 1608-1612 en waarschijnlijk dezelfde als de muntmeester van Roermond van 1608-1618.
Adriaan Franssen (1606-1610 en 1612-1614) werd in 1610 gearresteerd en tijdelijk vervangen door Paulus Wittem (deze werd niet beëdigd op de Probationstag). Adriaan was daarvóór ijzersnijder te Hedel in 1577 bij Peter Bossenhoven en naar alle waarschijnlijkheid een broer van de Peter Witten (zie hierboven) die met dezelfde Bossenhoven muntmeester te Hasselt (B) was. Adriaan was ook muntmeester te Thorn in 1608 en is waarschijnlijk dezelfde als de Brabantse muntmeester te Den Bosch (Hertogenbosch, 's-) van 1595-1604 en van Luxemburg van 1615-1619. Mogelijk duurde Adriaan’s tweede periode in Luik langer en wel tot 1615.
Paul Manlich (1611-1614) was burger van Luik.
Pieter Verscheulen (1612-1615) was schoonzoon van Matheus van Nederhoven (zie hierboven).
Herman Libert (1614-1632): is hij dezelfde als de Herman Leibert van Gronsveld van 1615? Een George Libert was stempelsnijder te Maastricht van 1604-1631. Volgens Serrure (1880) ontving een Guillaume de Wyntgis op 26 april 1614 een commissie als „commissaire et directeur des monnaies" (= generaalmeester?, zie: Generaalmeesters). In de genealogische literatuur is geen Willem Wijntgens teruggevonden.
Margaretha Simon (1621-1622) was de weduwe van de Luikse muntmeester Jean Simon (1614-1621).
Frans Schelbergh (1656-1672) was ook in 1648 muntmeester te Stavelot, waar de Luikse bisschop Ferdinand van Beieren (1612-1650) als abt van Stavelot eveneens de muntheer was.
Paul-Jean Schelbergh (1673-1678) was waarschijnlijk, net als Pierre-Joseph Schelbergh (1673-1678), een zoon van Frans Schelbergh.
Lambert Englebert (1724-1744) had, net als zijn opvolgers, de titel van directeur.
14.3 Gronsveld, graafschap
Peter Bossenhoven (1560-1564): zie voor zijn andere activiteiten de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen.
Herman Leibert (1615-16??): is hij dezelfde als de Herman Libert, zie hierboven?
14.4 Horn, graafschap
Munt te Weert
Peter Bossenhoven (voor 1568): zie voor zijn andere activiteiten de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen.
14.5 Reckheim, graafschap
Munt te Rekem. In de parochieregisters van Rekem wordt in 1685 vermeld dat op 18 april 1685 is overleden en daar ook begraven: „Matheus monetarius" uit de parochie „Borthemensi" (= Boorsem, dat tot Reckheim behoorde).
14.6 Stavelot, abdij, muntteken wolf.
Jacob van Nederhoven (1584) was een broer of neef van Mattheus van Nederhoven, muntmeester van Luik, Stevensweert en Thorn.
Frans Schelbergh (1648) was ook muntmeester van Luik van 1640-1672.
14.7 Thorn abdij
Peter Bossenhoven (1561-1565 en 1569-1570?): zie voor zijn andere functies de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen. Zijn muntmeesterschap eindigt met zijn
gevangenneming te Keulen in de loop van 1565. Pas in januari 1566 komt hij vrij en krijgt hij een vrijgeleide van de Luikse bisschop. In 1575 wordt hij wederom te Keulen gearresteerd. Veel van de muntmeesters van Thorn zijn ook actief geweest als muntmeester van Hedel of waren met de Hedelse muntmeesters verwant.
Johan Heydenricx (1570), ook geschreven als Heidenrijckx, was eerst waardijn te Thorn in 1569. Hij was een schoonzoon van zijn voorganger Peter Bossenhoven, zie de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen.
Hendrik van Gartzweiler (1572) wordt ook aangeduid als waardijn.
Anthonis van Eembrugge (1574-1578) zie voor zijn andere functies de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen. Hij werd terecht gesteld in 1591.
Lit.: Graaf, C. de, De bende van Anthonis van Eembrugge. Een valsemuntersbende aan het einde van de 16e eeuw, in: Cordfunke, E.H.P., en H. Sarfatij, red., Van Solidus tot Euro. Geld in Nederland in economisch-historisch en politiek perspectief, Hilversum 2004, p. 111-137.
Jan van Stockbroeck (1589) was daarvóór „comptoirknecht" (assistent) te Hedel van 1578-1583, eerst bij zijn oom Peter Bossenhoven en daarna bij Anthonis van Eembrugge. In de periode 1569-1571 sloeg hij, waarschijnlijk te Roermond, Mülheimse stukken ten behoeve van zijn neef Maarten Bossenhoven, muntmeester van Gulik-Berg. Zie de stamboom Fleming in muntmeesters stambomen.
Adriaan Franssen (1608) was tevens muntmeester van Brabant te Den Bosch (Hertogenbosch, 's-) van 1595-1604, van Luik van 1606-1610 en 1612-1614 en van Luxemburg van 1615-1619.
Mattheus van Nederhoven (1608-1612) was daarvóór werkzaam te Hedel en tegelijk met Thorn, werkzaam als muntmeester van Luik. Hij is waarschijnlijk dezelfde als de muntmeester van Roermond van 1608-1618.
Hendrik Wijntgens (1613-1617) was een zoon van Balthasar sr. Zie voor zijn andere functies de stamboom Wijntgens in muntmeesters stambomen.
Simon Timpf (1627) werd ook Simon Tempe genoemd.
Terug naar muntmeesters.