Roestvast staal
Uit Wiki Munten en papiergeld
roestvast staal, naam voor staalsoorten van verschillende samenstelling die in vochtige lucht niet roesten. Op het oppervlak van ongelegeerd ijzer vormt zich in vochtige lucht een laagje roest (ijzer(III)oxide), een verbinding van het ijzer met de zuurstof uit de lucht. Daaronder vormen zich nieuwe lagen van andere samenstelling. Doordat de roestlaag voortdurend uitzet en daardoor barst, kan steeds vochtige lucht toetreden en gaat het roesten van het onderliggende metaal door. Vandaar dat ijzer en ijzerlegeringen, met uitzondering van roestvast staal, niet geschikt zijn als muntmetaal.
Indien ijzer gelegeerd is met voldoende chroom ontstaat in vochtige lucht op het oppervlak een beschermend, afsluitend laagje chroomoxide dat verdere aantasting verhindert. Het laagje is zo dun dat je het niet ziet. Roestvast staal wordt in de handel vaak roestvrij staal genoemd, maar de Nederlandse Normalisatie Commissie heeft de naam roestvast staal ingevoerd.
Italië voerde in 1939 als eerste roestvast staal voor munten in, een staal met 18% chroom en 8% nikkel onder de naam niox. Nog in hetzelfde jaar ging men over op het eveneens roestvaste chroomstaal met 18,25% chroom zonder nikkel met de naam acmonital; beide staalsoorten zijn zeer slijtvast. Na de Tweede Wereldoorlog hebben meer landen roestvast stalen munten ingevoerd.
K.