Cyprus
Uit Wiki Munten en papiergeld
Cyprus, eilandrepubliek in het oosten van de Middellandse Zee, die haar naam ontleent aan een rijke voorraad koper (Grieks: kupros).
Mede daardoor en door een gunstige ligging in het oostelijke Middellandse Zee-bekken, vormde het eiland ca. 1600 v. C. al een middelpunt van levendige handel. Door kolonisaties en veroveringen van buitenaf onderging de culturele en economische ontwikkeling vele invloeden.
Het eiland maakte door veroveringen achtereenvolgens deel uit van het Perzische, het Macedonische, het Seleucidische, het Ptolemaeïsche, het Egyptische, het Romeinse en het Byzantijnse rijk. In het laatste decennium van de twaalfde eeuw werd Cyprus veroverd door de Engelse koning en kruisvaarder Richard Leeuwenhart, die het verkocht aan de Orde der Tempelieren, die het wegens geldgebrek doorverkocht aan het Franse huis Lusignan. Amaury de Lusignan ontving van de Duitse keizer in 1196 de titel van koning van Cyprus. Van zijn vader Guy de Lusignan had hij het koningschap van Jeruzalem al geërfd. Vanaf 1374 verkregen de Genuezen invloed op het eiland. Venetië verwierf het in 1489 toen het in bezit was van de laatste Lusignan, koningin Catharina Cornaro. In 1571 werd het door de Turken veroverd.
In 1878 kreeg Engeland het bestuur over Cyprus, dat in 1925 kroonkolonie werd en in 1960 een onafhankelijke republiek.
Gedurende zijn gehele geschiedenis hebben, zij het op bescheiden schaal, muntactiviteiten op het eiland plaatsgevonden. De oudste munten, afkomstig uit o.a. Salamis, Lapethos, Idalion en een aantal andere muntplaatsen, dateren uit de periode eind 6e begin 5e eeuw v.Chr. en vertonen Griekse en Phoenicische invloeden (Griekse muntslag en Phoenicische muntstandaard). Uit de Romeinse periode zijn o.a. koperstukken van keizer Augustus bekend.
Onder enkele Byzantijnse keizers is goud- en zilvergeld van laag gehalte en kopergeld te Nicosia en Constantia geslagen. De Cypriotische koningen sloegen o.a. deniers van het Franse type, gouden en zilveren bezanten en grotere zilverstukken van Italiaans type, deels geïnspireerd op de gigliato van Napels en Provence.
De moderne muntgeschiedenis begint in 1879 met de uitgifte van een te Birmingham geslagen reeks, die een compromis was tussen het Turkse en het Engelse systeem; 1 shilling = 9 piastres. In 1963 werd het decimale stelsel ingevoerd, I pond = 20 shillings = 1000 mils.
Vanaf 1983 wordt het pond onderverdeeld in 100 cents.
Bankbiljetten worden sinds 1914 uitgegeven op naam van de regering van Cyprus, sinds 1961 op naam van de Republiek en sinds 1964 door de Centrale Bank.
In 2008 is de euro ingevoerd. In 1974 bezetten Turkse troepen het noordoostelijke deel van het eiland en riep de Turkse bevolking in 1975 een eigen onafhankelijke Turks-Cypriotische staat uit, waar het Turkse geld gangbaar is.
W.