Grootken
Uit Wiki Munten en papiergeld
Versie door (gebruikersnaam verwijderd) op 15 jan 2017 om 22:59
grootken, verkleinwoord van groot, oorspronkelijk in Brabant en Vlaanderen een benaming voor de halve groot. In de oostelijke provinciën wordt in de 15e en 16e eeuw de daar bijzonder sterk in waarde gedaalde groot (die tot een klein onderdeel van nieuwe zilveren munten was geworden) ter onderscheiding meestal als grootken aangeduid.
In Groningen werd het grootken (of greugje) een klein zilverstukje van 1/12 stuiver, in Gelre een eenzijdig, bijna koperen muntje, waarvan er 72 in een stuiver gingen; braamse.
E.v.G.