Handelingen

Shahi

Uit Wiki Munten en papiergeld

Versie door (gebruikersnaam verwijderd) op 15 jan 2017 om 23:18
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

shahi, of shaji, benaming voor een rekenmunt ter waarde van 50 dinars afgeleid van de vorstentitel "Shah" en in 1501 onder de dynastie van de Sefaviden in Perzië (Iran]]) geïntroduceerd.

In de tweede helft van de 17e eeuw importeerde de VOC grote hoeveelheden Perzische munten van 2 shahi (½ abassi of mahmoedi, 3,69-3,84 g), 4 shahi (abassi, 7,39 g) en 5 shahi (grote abassi, 9,24 g) ten behoeve van hun bezittingen op Ceylon en India ( India, Europeanen) die door de Compagnie te Paliakate en Colombo zijn geklopt.

Onder de opvolgende dynastieën in Perzië is de shahi-denominatie in gebruik gebleven. 1 shahi = 50 dinars, 2 shahi = 1 mahmoedi, 4 shahi = 1 abbasi, 10 shahi = 1 roepie. Van 1876-1931 werd de kran-standaard gehanteerd. 20 shahi = 1 (zilveren) kran of qiran, 200 shahi = 1 (gouden) toman. Na de munthervorming in 1925 werd de shahi gelijkgesteld aan 5 dinars en 20 shahi aan 1 rial.

Van 1879-1923 werd een speciale emissie met een grotere diameter in omloop gebracht, bekend onder de naam shahi sefid of witte (= zilveren) shahi ter waarde van 3 shahi die hoofdzakelijk als nieuwjaarspenning werd gebruikt.

In Afghanistan werd bij de invoering van machinaal vervaardigde munten in 1891/92 (H 1309) tot 1925 de shahi denominatie gebruikt. 50 dinars = 5 paisa = 1 shahi; 4 shahi = 1 (zilveren) abassi. In 1891/92 (H 1309) en 1918/19 (H 1337) zijn er koperen en bronzen munten van 1 shahi geslagen.

In het gebied van de Kaukasus werd, onder de verschillende khanaten als de opvolgers van de dynastie van de Sefaviden, de shahi-denominatie gehandhaafd en deze is in gebruik gebleven tot de inlijving van deze gebieden bij Rusland in het begin van de 19e eeuw: 5 dinar = 1 puli, 2 puli = 1 kopek, 4 puli = 1 bisti, 2½ bisti = 1 shahi, 4 shahi = 1 abazi (abassi), 5 abazi = 1 roebel.

L.