Scapulier-medaille

scapulier-medaille, relikwie ter vervanging van het scapulier, een wollen schouderkleed dat oorspronkelijk door monniken gedragen werd om hun habijt te beschermen bij het werk. Later ging een verkleinde scapulier deel uitmaken van de monnikspij. Binnen de katholieke kerk mochten ook zich tot een orde aangetrokken voelende leken, als blijk van verbondenheid, een miniatuurscapulier gaan dragen.

Dit had de vorm van twee, door linten aan elkaar verbonden rechthoekige wollen lapjes van een voorgeschreven kleur en werd zodanig om de hals gedragen, dat een lapje op de borst hing en het andere op de rug. Door modewijzigingen en omdat het praktisch bezwaarlijk was in missielanden een scapulier te dragen, mag sinds 1910 een medaille het scapulier vervangen. De medaille moet op een voorgeschreven wijze door een priester zijn gewijd en toont twee in de katholieke kerk zeer vereerde afbeeldingen: op de voorzijde het Heilig Hart, op de achterzijde het beeld van Onze Lieve Vrouw, de moeder van God.

Ed v.G.

Lit.:

Groessen, P.H. van, Leer en praktijk der aflaten, Roermond 1946, blz. 104-106;

Koenders, A., Over scapulieren en scapulier-medailles, Venlo 1912;

Philippen, J., De scapuliermedailles: een bijdrage tot de religieuze numismatiek, Jaarboek Europees Genootschap voor Munt- en Penningkunde (1985) 209-225.