Regenboogschoteltje
Uit Wiki Munten en papiergeld
regenboogschoteltje, (Regenbogenschüsselchen in het Duits en rainbowcup in het Engels), moderne benaming voor licht concave, schotelvormige Keltische munten die voorkomen in de streken langs de Rijn en de bovenloop van de Donau. De benaming zou komen van het volksgeloof dat wil dat daar waar de regenboog de aarde raakt er een gouden munt achterblijft.
De oudste regenboogschoteltjes zijn gouden munten met een slang op de voorzijde en een torques (halsring) met bolletjes op de keerzijde. De slang evolueert later tot een vogelkop binnen een krans en tenslotte tot een driebeen of triquetrum in een krans. De oudste regenboogschoteltjes zouden uit het derde kwart van de 2e eeuw v.Chr. dateren.
De munten met een driebeen op de voorzijde vallen uiteen in drie groepen:
- Gouden triquetrum-staters van de Mardorf-groep (ca. 56% goud). Zij komen voor in Duitsland in een gebied rond de rivier de Lahn en dateren uit ca. 80-50 v.Chr.
- Zilveren triquetrum-staters van de Lith-groep (40 a 55% zilver). Zij zijn typerend voor het oostelijk rivierengebied in Nederland, worden aan de Bataven toegeschreven en dateren uit ca. 50-30 v.Chr.
- Bronzen triquetrum-staters van de Bochum-groep (80 a 90% koper met een weinig zilver of soms goud) dikwijls aangetroffen in vroeg-Romeinse kampen aan de Rijn en de Lippe. Zij zouden te dateren zijn tussen 30 en 10 v.Chr.
v.H.
Lit.:
Roymans en W. van der Sanden, Celtic coins from the Netherlands and their archaeological context, Berichten van de Rijksdienst voor het oudheidkundig bodemonderzoek, 30 (1980), 204-214.