Handelingen

Hoei

Uit Wiki Munten en papiergeld

Hoei Rimoaldus tremissis.jpg

Hoei, (Frans: Huy) muntplaats in de provincie Luik, gelegen aan de Maas. Hoei was van de 7e tot in de 15e eeuw een welvarende stad met onder andere een belangrijke geelkoperindustrie.

In de 7e eeuw zijn er enkele Merovingische monetarii (monetarius) actief geweest, zoals Domaricus en Rimoaldus, die beiden daarna in Maastricht hebben gemunt. Uit stempelvergelijkingen blijkt dat er te Hoei in deze periode stempels vervaardigd werden die ook in talrijke andere Merovingische muntplaatsen werden gebruikt; Merovingische munten.

Daarna is er aangemunt door de Karolingers (Karolingische muntslag) en enkele Duitse keizers. Aan het einde van de 10e eeuw kwam Hoei onder het bisdom Luik, waarvan het tot in het midden van de 14e eeuw één van de belangrijkste muntplaatsen was. Vanaf het einde van de 10e tot in de 12e eeuw zijn er alleen anonieme Luikse penningen bekend. Ook in de 13e eeuw werden er anonieme penningen en obolen geslagen.

Zie voor de overige muntplaatsen in de Nederlanden de lijst muntplaatsen.

Muntheren

Karolingers

Karel de Grote 768-814

Lotharius I 840-855

Karel de Kale 840-877

Lodewijk de Stamelaar 877-879

Lodewijk het Kind 900-911

Duitse keizers

Otto II 967-983

Otto III 983-1002

Hendrik II 1002-1024

Koenraad II 1024-1039

Luik

Otbert 1091-1119

Alberon van Leuven 1123-1128

Alexander van Gulik 1128-1135

Alberon II van Gelre 1136-1145

Hendrik van Limburg 1145-1164 (ook Leez en Leyen genoemd)

Alexander van Oeren 1165-1167

Rudolf van Zaehringen 1167-1191

Albert van Rethel 1191-1194

Lotharius van Hostade 1192-1194

Simon van Limburg1193-1195

Albert van Cuijk1194-1200

Hugo van Pierrepont1200-1229

Jan van Aps (of Eppes) 1229-1238

Robert van Thourotte 1240-1246

Hendrik van Gelre 1247-1274

Jan van Vlaanderen 1282-1291

Hugo van Chalon 1296-1301

Adolf van der Mark 1313-1344

Tijdens de Eerste Wereldoorlog zijn er te Hoei vijf emissies noodbiljetten (noodgeld) uitgegeven, gedateerd 31 augustus en 6 oktober 1914, 1 juni en 8 december 1915 en 1 augustus 1916.

Zie voor de overige plaatsen in de Nederlanden waar papiergeld is uitgegeven de lijst papiergeldplaatsen.