Guatemala
Uit Wiki Munten en papiergeld
Guatemala, meest noordelijke van de Centraal Amerikaanse republieken.
Het vormde vanaf de verovering door de Spanjaarden in 1524 tot de onafhankelijkheidsbeweging in 1821 samen met Costa-Rica, Nicaragua, El Salvador en Honduras een Spaanse provincie, waar sinds 1733 werd gemunt. Van 1823 tot 1847 was het een staat in de Centraal Amerikaanse Confederatie, daarna werd het een onafhankelijke republiek. Tot 1924 was het muntsysteem gebaseerd op de peso van 8 realen; al werden vanaf 1869 pogingen tot decimalisatie gedaan op basis van een peso van 100 centimos of centavos, nog tot 1912 werden ook munten volgens het oude systeem geslagen.
Uiteindelijk werd als nieuwe munteenheid de quetzal ingevoerd, ISO 4217-code GTQ, genoemd naar de vogel die ook het staatswapen siert en op veel munten en bankbiljetten is afgebeeld.
De onderverdeling bleef na 1924 in 100 centavos. Naast de eigen munten waren er in de 19e eeuw ook veel buitenlandse in de circulatie, hetgeen in 1894 leidde tot de "nationalisatie" van deze munten door ze op voor- en keerzijde te stempelen met de stempels van de halve reaal van dat jaar.
Papiergeld werd voor het eerst uitgegeven in 1834. Aan het einde van de 19e eeuw gaven zes banken papiergeld uit dat niet inwisselbaar was tegen goud of zilver. Het gevolg was een forse inflatie. In 1924 werd de quetzal gelijk gesteld aan één Amerikaanse dollar (of 60 oude pesos) en kreeg de Nationale Bank als enige het emissierecht.
A.
