Nieuw Amsterdam
Uit Wiki Munten en papiergeld
Nieuw Amsterdam, hoofdplaats van de voormalige kolonie Nieuw Nederland, gelegen op en rond het eiland Manhattan, thans een onderdeel van de stad New York. Manhattan werd in 1626 gekocht van de Indianen voor goederen met een tegenwaarde van 60 gulden. De kolonie werd in 1664 door de Engelsen veroverd en geschonken aan Jacobus, hertog van York, broer en opvolger van de Engelse koning Karel II (1660-1685).
De Nederlandse kolonie gebruikte de gulden als rekeneenheid maar heeft geen eigen geld laten slaan. De meeste transacties geschiedden in bevervellen en in wampum (geregen kralen vervaardigd uit schelpen en mosselen), door de Nederlandse kolonisten sewant genaamd, afgeleid van het Indiaanse woord voor schelp. Daarnaast circuleerde er een zeer bescheiden hoeveelheid zilveren munten, hoofdzakelijk de Spaanse stukken van acht realen.
Wampum en bevervellen hadden een eigen koers in guldens en stuivers; wampum had een dagkoers in "gulden sewant", een bevervel had een constante waarde van acht gulden.
Lit.:
Quiggin, A.H., A survey of Primitive Money, Londen 1978, herdruk van de oorspronkelijke uitgave van 1949, blz. 305-308.