Lodewijk Napoleon
Uit Wiki Munten en papiergeld
Lodewijk Napoleon, voluit Lodewijk Napoleon Bonaparte (soms luidt zijn naam Napoleon Lodewijk), koning van Holland (Holland, koninkrijk) (1806-1810), geboren in 1778, overleden In 1846, was een broer van de Franse keizer Napoleon I (1804-1814) en de vader van Napoleon III (keizer der Fransen 1852-1870). Hij was gehuwd met Hortense de Beauharnais.
Bij Koninklijk Decreet van 17 september 1806 bepaalde Lodewijk Napoleon dat er één munthuis voor het hele koninkrijk zou zijn, dat zo spoedig mogelijk te Amsterdam gevestigd moest worden. De nog bestaande munthuizen dienden op 31 december 1806 gesloten te worden.
Het personeel van deze munthuizen zou ook op die datum ontslagen worden. Tot het gereedkomen van het nieuwe munthuis te Amsterdam zou het Utrechtse munthuis als enige open blijven. Door gebrek aan geld is er niets gekomen van een munthuis te Amsterdam, waardoor Utrecht het enige munthuis in Holland (en later in Nederland) bleef.
Er kwam één uniforme muntwet voor het gehele koninkrijk met een dubbele standaard: gouden standaardmunten van twintig en tien gulden en zilveren standaardmunten van 50 stuivers (rijksdaalder), één gulden en een halve gulden in evenredigheid van het gewicht en het gehalte van de bestaande guldens.
De gouden en zilveren dukaat werden negotiepenning. Voor het eerst sinds 1581 verscheen er weer een vorstenportret op de munten. Het portret van Lodewijk Napoleon werd ontworpen door de Fransman George. Als wapen voerde Lodewijk Napoleon de Generaliteitsleeuw, gevierendeeld met de Franse adelaar.
Aangezien de nieuwe muntwet van een te hoge muntvoet uitging, zijn er eigenlijk alleen maar proeven geslagen. Alleen van de zilveren munt van 50 stuivers en van de gouden dukaat met het portret van Lodewijk Napoleon zijn er elk ruim twee miljoen stuks geslagen.
Op Java werden te Surabaja in de periode 1808-1811 koperen munten met het monogram LN geslagen. Dit monogram komt eveneens voor op het Oostindische papiergeld uit deze periode (ook als LNR).
Lit.: Kerkwijk, A.O. van, De munten van koning Lodewijk Napoleon, JMP (1914) 1-67; Schimmel, W.F., Geschiedkundig overzicht van het muntwezen in Nederland, Amsterdam 1882, blz. 58-68.