Porselein

porselein, materiaal dat ook voor munten gebruikt is. In Thailand werd sedert de 18e eeuw particulier geld van (vaak gekleurd) steengoed gebruikt dat ook met de naam porseleingeld wordt aangeduid. Deze particuliere uitgiften werden in 1868 verboden. Het waren schijfjes van wit geglazuurd steengoed met gekleurde schrifttekens.

Eveneens tegen 1800 werden in Duitsland in de "Staatliche Porzellan Manufaktur" in Meissen voor verzamelaars kopieën gemaakt van zeldzame munten.

In de inflatiejaren 1920 en 1921 werd in Meissen noodgeld van wit porselein met gekleurde figuren gemaakt. Ook fabriceerde men stukken van rood aardewerk, soms met verguldsel als versiering. Men maakte "munten" voor verzamelaars, proeven voor Duitse en Saksische munten en huisgeld voor fabrieken.

In diverse andere fabrieken in Duitsland maakte men soortgelijke stukken, ook fabrieken in Oostenrijk, België en Engeland maakten porseleingeld.

In 1922 werd in Duitsland de aanmaak van deze noodgelduitgaven verboden. Voor zover bekend werd ook elders de productie omstreeks deze tijd gestaakt.

K.

Lit.:

Franke, O., Münzen aus Porzellan, Steinzeug und Ton, Schriftenreihe Die Münze, Band 20, Berlijn 1975;

Scheuch, K., Münzen aus Porzellan und Ton der Staatlichen Porzellan Manufaktur Meissen und anderen keramischen Fabriken des In- und Auslandes, 1971.