Handelingen

Vlinderken

Uit Wiki Munten en papiergeld

vlinderken, of Emder flabbe, in Groningerland gangbare benamingen voor de in 1564 in Oost-Friesland ingevoerde "halber dicker penning" die daar een waarde had van 5 witten of 3 Brabantse stuivers en die grote gelijkenis vertoonde met de stad-Groninger flabbe, maar aanzienlijk minder zilver bevatte. De halber dicker penning werd in Oost-Friesland in de volksmond flindrich (plat-Duits: flinnerk) genoemd naar de op een vlinder gelijkende harpij in het Oost-Friese grafelijke wapen.

De vlinderkens drongen tegen een koers van 3 Brabantse stuivers al vrij snel in aanzienlijke aantallen door tot de circulatie in Groningerland waar zij een bedreiging vormden voor de geldsoorten met een naar verhouding hoger zilvergehalte, vooral voor de stad-Groninger flabbe van 4 Groninger of 3 Brabantse stuivers. Na meerdere, menigmaal van elkaar verschillende, herwaarderingen door de stad Groningen en door de Staten van Stad en Lande (de stad verbood ze zelfs in 1603), die in de praktijk een lagere waarde dan 3 Brabantse stuivers inhielden, werden de vlinderkens uiteindelijk in 1606 in de gehele provincie Groningen in de circulatie geduld voor 2½ Brabantse stuivers.

W.

Lit.:

Kappelhoff, A., Die Münzen Ostfrieslands, Aurich 1982;

Wis, J.C. van der, Vlinderkens uit de Ossenmarkt, JMP (1996) 99-109.