Handelingen

Talonas

Uit Wiki Munten en papiergeld

talonas, meervouden 2 t/m 9: talonai, 10 t/m: 20 talonu, 21: talonas, 22 t/m 29: talonai, 30: talonu, 31: talonas, 32 t/m 39: talonai enz., tijdelijke munteenheid van Litouwen. Na de onafhankelijkheidsverklaring in 1990 (erkend in 1991) stagneerde de aanvoer van Russische roebels en stegen de prijzen zo sterk, dat er een tekort aan circulatiemiddelen ontstond. Daarom werd als aanvulling op de roebel op 1 mei 1992 de talonas of coupon ingevoerd.

Overeenkomstig de ontwikkelingen in de andere staten van de Sovjet-Unie ging Litouwen op 1 oktober 1992 over op een eigen muntsysteem, waarvan de talonas de tijdelijke munteenheid werd (omwisselingskoers 1 talonas = 1 roebel). Op 25 juni 1993 werd de talonas vervangen door de vóór 1940 al gebruikte munteenheid litas (meervoudsvormen als bij talonas) = 100 centu (enkel- en meervoudsvormen als bij talonas).

Het papiergeld uit de talonas-periode, uitgegeven in waarden van 0,10 talonas oplopend tot 500 talonu, werd vervangen door bankbiljetten van 1 litas, 2 en 5 litai en 10, 20 en 50 litu. Om het verkrijgen van de onafhankelijkheid in 1991 te accentueren, is de eerste muntenreeks - 1 centas, 2 en 5 centai, 10, 20 en 50 centu, 1 litas en 2 litai symbolisch gedateerd 1991. In 1994 is de eerste herdenkingsmunt van 10 litu uitgegeven.

In 2015 heeft Litouwen de euro ingevoerd.

W.