Lam

lam, gouden (Frans: mouton d'or of agnel), Franse gouden munt, in 1355 ingevoerd door Jan de Goede (1350-1364) op een gewicht van 4,70 g en een gehalte van 24 karaat.

Op vz het Lam Gods met kruisvaan en de spreuk AGNVS DEI QVI TOLLIS PECCATA MVNDI MISERERE NOBIS; op kz een gebloemd kruis, gekantonneerd met lelies, binnen een vierpas met punten.

Deze munt circuleerde veelvuldig in de Nederlanden en werd daar weldra geïmiteerd, o.a. door Johanna en Wenceslaus van Brabant (1355-1383), Willem V van Holland (1354-1389), Lodewijk van Male in Vlaanderen (1346-1384) en Eduard van Gelre (1361-1371). Het halve lam werd agnelet of lammekijn genoemd.

In 1365 werden in Brabant zwaardere munten met dezelfde beeldenaar geslagen op een gewicht van 5,53 g, in 1367 nagevolgd in Holland. Deze werden "dubbel" lam, groot lam of groot mottoen genoemd.

G.

• 

• 

  Holland, Willem V (1345-1389), dubbel lam, z.j., goud.

• 

  Frankrijk, Karel VI (1380-1422), mouton d'or of agnel, emissie 1417, goud.