Handelingen

Britse Gemenebest

Uit Wiki Munten en papiergeld

Britse Gemenebest, voortzetting van het Britse Rijk. Sedert 1931, toen bij het Statuut van Westminster de dominions soevereine staten werden, kwam de naam British Commonwealth in zwang. Oorspronkelijk werd nog gesproken van British Commonwealth and Empire, waarbij het eerste woord op de dominions, het laatste op de afhankelijke gebieden sloeg.

Na de toetreding van India (1947) raakte de term "empire" volledig in onbruik. Inmiddels is ook "British" vervallen om aan te geven dat het Britse element niet langer overheersend is.

Het gemenebest is geen formele organisatie. Aansluiting geschiedt op vrijwillige basis, het kan geen bindende besluiten nemen, wel wordt er om de twee jaar een conferentie van gemenebestpremiers gehouden en is er een secretaris-generaal met een secretariaat in Londen.

In wezen worden de gewezen koloniën met elkaar en Groot-Brittannië verbonden door de gemeenschappelijke taal, rechtspraak, tradities en ook sport. Het Engelse koningshuis is hierbij een symbool van eenheid. Op munten en bankbiljetten uit landen van het gemenebest treft men dan ook veelvuldig het portret van de Engelse vorst(in) aan, tegenwoordig nog slechts in de lidstaten die de Britse koningin formeel als staatshoofd hebben (Canada, Australië e.a.) en in koloniën (als Hongkong voor de toetreding tot China).

In 1985 bestond het Gemenebest uit 49 leden; Groot-Brittannië en bijna alle (vroegere) koloniën; Canada, Belize, Guyana en verscheidene eilanden in het Caraïbisch gebied, waaronder de Bahama-eilanden, Jamaica en Trinidad en Tobago. Verder Malta, Cyprus, Gambia, Ghana, Nigeria, Kenia, Oeganda, Tanzania, Zambia, Zimbabwe en ook Botswana en Swaziland. Tevens Mauritius en de Seychellen. Daarnaast India, Bangladesh, Sri Lanka, Maleisië, Singapore en Brunei. Tenslotte Australië, Nieuw-Zeeland, Papoea-Nieuw-Guinea en allerlei eilandjes in de Stille Zuidzee.

J.S.

Lit.: Pridmore, F., The coins of the British Commonwealth of Nations to the end of the reign of George VI, 1952, (4 delen), London 1960-1980.